Inhoudsopgave
Wat betekent gehaast?
bijv. naamw. 1) Door haast gedreven 2) Gedraaf 3) Gehol 4) Gejaag 5) Gejaagd 6) Gejacht 7) Gejakker 8) Gepresseerd 9) Gestrest 10) Haast hebbend 11) Haastig 12) IJlings 13) In grote s…
Hoe schrijf je haasten?
haasten/vervoeging
vervoeging van het Nederlandse werkwoord zich haasten | ||
---|---|---|
tegenwoordige tijd | verleden tijd | |
1 | ik | haastte me |
2 | jij, je | haastte je |
u | haastte zich/u |
Wat betekend een jachtige tijd?
Gejaagd = 1) Door haast of onrust voortgedreven 2) Druk 3) Gehaast 4) Gestrest 5) Haastig 6) Hectisch 7) jachtig 8) Koortsachtig 9) Nerveus 10) Ongeduldig 11) Onrustig 12) Rusteloos 13) Schril 14) Zeer opgewonden 15) Zenuwachtig… haastig = de bus al bijna vertrok.
Wat is een jachtige tijd?
haastig (bn) : gehaast, gejaagd, holderdebolder, ijlings, inderhaast, jachtig, ongeduldig, overijld, rap, schielijk, snel, spoedig, vierklauwens, vlug. gejaagd (bn) : haastig, jachtig, koortsachtig, nerveus, ongeduldig, ongedurig, onrustig, verhit, zenuwachtig.
gehaast – bijvoeglijk naamwoord uitspraak: ge-haast 1. erg snel en vluchtig ♢ het was een gehaaste ontmoeting Bijvoeglijk naamwoord: ge-haast is gehaaster dan de/het gehaaste ……
Is het haaste of haastte?
Hoe schrijf je haastte?
haasten/vervoeging
vervoeging van het Nederlandse werkwoord zich haasten | ||
---|---|---|
tegenwoordige tijd | verleden tijd | |
2 | u | haastte zich/u |
gij, ge | haastte u | |
3 | hij, zij, het | haastten zich |
Wat is de voltooid deelwoord van haasten?
haasten/vervoeging
vervoeging van het Nederlandse werkwoord zich haasten | ||
---|---|---|
tegenwoordige tijd | verleden tijd | |
3 | hij, zij, het | haastte zich |
onvoltooid deelwoord | voltooide tijd | |
zich haastend | zich gehaast hebben |
Wat is een ander woord voor haast?
drukte, gauwigheid, gehaast, gehaastheid, gejaagdheid, gejakker, haastigheid, hurry, snelheid, spoed, vaart. als synoniem van een ander trefwoord: snelheid (zn) : gang, gezwindheid, haast, levendigheid, radheid, rapheid, speed, spoed, tempo, vaart, vlugheid.
Wat betekent haastig?
haastig – bijvoeglijk naamwoord uitspraak: haas-tig 1. erg snel en vluchtig ♢ Rustig, jij bent altijd veel te haastig!
Is haasten een werkwoord?
haasten – regelmatig werkwoord uitspraak: haas-ten 1. snel doen omdat je weinig tijd hebt ♢ zij haastte zich naar de trein Regelmatig werkwoord: haas-ten ik haast jij/u haast …
Wat is de betekenis van haastig?
Heb je haast betekenis?
haast – Zelfstandignaamwoord 1. de drang hebben om iets snel te doen ♢ Ik heb haast.
Wat is overijld?
bn. en bw., al te haastig, onbezonnen: overijld te werk gaan; waarbij men zich te zeer gehaast heeft: een besluit.
Heeft iemand met haast?
Haast duidt op onrust, ongedurigheid of op hectiek. Er is een sfeer van gehol, gedraaf, vliegen, jachtigheid en gejakker. Snelheid staat voorop en heeft een hogere prioriteit dan kwaliteit of het goed willen doen.
Wat betekent het woord hooghartig?
hooghartig – Bijvoeglijk naamwoord 1. denken dat je beter bent dan andere mensen en op die anderen neerkijken ♢ Het hooghartige wicht had dan wel een rijke vader, maar had zelf nog helemaal niets bereikt.
Wat is verleden tijd van haasten?
Engelse werkwoorden met een h (Nederlandse vervoeging)
werkwoord | betekenis | onvoltooid verleden tijd |
---|---|---|
hoveren | (vrijwel stilstaand) zweven | jij/hij hoverde |
huggen | knuffelen | jij/hij hugde |
hunten | hoger personeel werven | jij/hij huntte |
hurryen | haasten | jij/hij hurryde |