Inhoudsopgave
Hoe een breuk omdraaien?
Voor delen geldt: delen door een breuk is vermenigvuldigen met het omgekeerde (van die breuk). Bij deze methode vervang je het gedeeld-door-teken voor een vermenigvuldigingsteken. Als je het teken veranderd moet je wel de noemer en de teller van de breuk, waardoor je deelt, omdraaien.
Hoe moet je breuken oplossen?
Bij een breuk bereken je eerst alles boven de deelstreep, vervolgens alles onder de deelstreep en dáárna deel je het pas door elkaar. Als geheugensteuntje kun je doen alsof alles zowel boven als onder de deelstreep tussen haakjes staat. Als je een breuk tegenkomt, wil je die zo ver mogelijk vereenvoudigen.
We laten de teller (de eerste breuk) ongewijzigd en veranderen het deelteken in een keer-teken:
- 1/3 ÷ 2/5 = wordt:
- 1/3 * __ =
- Nu draaien we de tweede breuk (2/5).
- 1/3 * 5/2 =
- Nu vermenigvuldigen we de tellers van de twee breuken, 1*5 = 5.
- 1/3 * 5/2 = 5/
- Nu vermenigvuldigen we de noemers van de twee breuken, 3*2 = 6.
Hoe deel je breuken voorbeeld?
Theorie
- Soms wil je een getal delen door een breuk.
- Om deze som makkelijk op te lossen moet je de breuk omkeren.
- Dat betekent dus dat 100:14=400.
- Zo is 10:15=50.
- en −20:17=−140.
- Zo is 46:34.
- Je vermenigvuldigt de breuken verder precies zoals eerder je hebt geleerd: 46·43=4·46·3=1618.
Hoe leer je breuken delen?
Bij het delen van een breuk door een breuk kan je vermenigvuldigen met het omgekeerde. Wissel het deelteken met het vermenigvuldigingsteken en wissel de teller en de noemer om van de tweede breuk.
Wat is het omgekeerde van een breuk?
Het omgekeerde van een breuk is wat het zegt, eenvoudig het verwisselen van de teller en de noemer. Zo meteen gaan we breuken delen door breuken middels de vermenigvuldiging met het omgekeerde van de noemer, maar nu bekijken we eerst een paar omgekeerden van breuken: Het omgekeerde van 3/4 is 4/3. Het omgekeerde van 7/5 is 5/7.
Hoe doe je het delen van een breuk?
Het delen van een breuk door een breuk kan eerst wat verwarrend overkomen, maar is in wezen reuze eenvoudig. Het enige dat je hoeft te doen is het omkeren van de onderste of tweede breuk, om vervolgens beide breuken met elkaar te vermenigvuldigen!
Hoe vermenigvuldigen we de breuken?
Vermenigvuldig de breuken. Eerst vermenigvuldigen we de tellers van de twee breuken met elkaar: 2 * 7 = 14. 14 is de teller van je antwoord. Daarna vermenigvuldigen we de noemers van de twee breuken met elkaar: 3 * 3 = 9. 9 is de noemer van je antwoord. Nu weet je dat 2/3 * 7/3 = 14/9.