Inhoudsopgave
Hoe schrijf je de ik-vorm?
Hoe schrijf je de ik-vorm?
- 1 – Klinker erbij.
- 2 – Een medeklinker weghalen.
- 3 – Letter veranderen.
- 4 – Alleen de n weghalen.
- 1 – Het werkwoord slaat op de hoofdpersoon “ik”
- 2 – Het werkwoord slaat op de hoofdpersoon “je/jij” (je/jij moet dan achter het werkwoord staan!)
Hoe vind ik de ik-vorm?
Hoe vind je de ik-vorm? De ik-vorm, ook wel aangepaste stam genoemd, vind je door van het hele werkwoord –en af te halen (dan krijg je de stam) en, als dat nodig is, de stam nog een beetje aan te passen naar de ik-vorm.
Kan worden uitgebreidt?
uitbreiden/vervoeging
vervoeging van de bedrijvende vorm van uitbreiden | ||
---|---|---|
onbepaalde wijs | lang | |
tegenwoordig (o.t.t.) | word uitgebreid | worden uitgebreid |
verleden (o.v.t.) | werd uitgebreid | werden uitgebreid |
toekomend (o.t.t.t.) | zal uitgebreid worden | zullen uitgebreid worden |
Hoe maak je van de stam de ik-vorm?
Als je er werkwoordsvormen mee vormt, moet je deze stam wel wat aanpassen. Om bijvoorbeeld de juiste ik-vorm ik beloof te krijgen, moet je de o verdubbelen (ik belof is niet juist). Ook moet de v een f worden.
Waar moet je op letten bij werkwoorden waarvan de ik-vorm op t eindigt?
Tegenwoordige tijd – De stam +t (stamregel 1 – stam eindigt op d)
Hele werkwoord | Zin | Antwoord |
---|---|---|
worden, tt | Jij …?… later een goede breakdancer. | wordt |
branden, tt | Hij …?… zijn vinger aan de hete pan. | brandt |
antwoorden, tt | Zij …?… niet meer op de mail. | antwoordt |
landen, tt | Het vliegtuig …?… om twaalf uur. | landt |
Wat zijn de Persoonsvormen?
In een zin zit altijd maar één persoonsvorm (pv). De persoonsvorm van een zin is altijd een werkwoord. Werkwoorden zijn dingen die je kunt doen; fietsen, lopen, spelen, kruipen, klappen, slapen… Als je de persoonsvorm van een zin weet, dan kun je ook de andere zinsdelen benoemen.