Inhoudsopgave
Welke dieren leefde er in de middeleeuwen?
Deze wezens zaaiden angst in de middeleeuwen
- Alruinwortel: Wortel had dodelijke schreeuw.
- Basilisk: ’s werelds giftigste dier.
- Caladrius: Vogel genas zieken met zijn ogen.
- Draak: De geschubde reus.
- Eenhoorn: Alleen een maagd kon een eenhoorn vangen.
- Feniks: Onsterfelijke vogel herrees uit zijn as.
- Griffioen: De leeuwenadelaar.
Welke dieren hebben de prehistorie overleeft?
Bij dieren in de ijstijd denk je automatisch aan de mammoeten, maar welke dieren waren nog meer te vinden in het toendralandschap:
- Wolharige mammoet.
- Wolharige neushoorn.
- Wilde paard.
- Reuzenhert.
- Muskusos.
- Eland.
- Wisent of Europese bizon.
- Rendier.
Wat is het geloof in de middeleeuwen?
Het geloof. In de middeleeuwen was in Europa vrijwel iedereen christelijk. Nadat tijdens het Oosters Schisma (1054) de Christelijke Kerk in tweeën was gesplitst in de Rooms-Katholieke Kerk en in de Oosters-orthodoxe Kerk werden de meeste mensen in West-Europa katholiek en in Oost-Europa orthodox.
Wat waren de geestelijken in de middeleeuwen?
In de tijd van de middeleeuwen speelde het geloof nog een grote rol in de samenleving. De geestelijken konden verdeeld worden over twee groepen: Hoge geestelijken: kardinalen (dit zijn na de paus de hoogste mensen in de kerk) en bisschoppen (de baas over de priesters); Lage/vrije geestelijken: monniken, priesters en nonnen.
Wat draaide het in de middeleeuwen om eten?
Het draaide in de middeleeuwen niet alleen om vechten. Het dagelijkse leven speelde zich vooral af in de grote zaal. Hier kwam iedereen om te eten. Hier kwam de kasteelheer om zaken te regelen die met het kasteel of zijn land te maken hadden.
Wat zijn de vroege middeleeuwen?
Vroege of donkere middeleeuwen: 4e tot 10e eeuw, worden gekenmerkt door het verval van het Romeinse Rijk, toenemende barbarisering en verschillende invasies, zowel van Germaanse stammen als van enkele steppevolkeren. De vroege middeleeuwen eindigen na het uiteenvallen van het rijk van Karel de Grote, die de feodaliteit heeft geïntroduceerd.
Het geloof. In de middeleeuwen was in Europa vrijwel iedereen christelijk. Nadat tijdens het Oosters Schisma (1054) de Christelijke Kerk in tweeën was gesplitst in de Rooms-Katholieke Kerk en in de Oosters-orthodoxe Kerk werden de meeste mensen in West-Europa katholiek en in Oost-Europa orthodox.
In de tijd van de middeleeuwen speelde het geloof nog een grote rol in de samenleving. De geestelijken konden verdeeld worden over twee groepen: Hoge geestelijken: kardinalen (dit zijn na de paus de hoogste mensen in de kerk) en bisschoppen (de baas over de priesters); Lage/vrije geestelijken: monniken, priesters en nonnen.
Het draaide in de middeleeuwen niet alleen om vechten. Het dagelijkse leven speelde zich vooral af in de grote zaal. Hier kwam iedereen om te eten. Hier kwam de kasteelheer om zaken te regelen die met het kasteel of zijn land te maken hadden.
Vroege of donkere middeleeuwen: 4e tot 10e eeuw, worden gekenmerkt door het verval van het Romeinse Rijk, toenemende barbarisering en verschillende invasies, zowel van Germaanse stammen als van enkele steppevolkeren. De vroege middeleeuwen eindigen na het uiteenvallen van het rijk van Karel de Grote, die de feodaliteit heeft geïntroduceerd.
