Waarom is ongelijkheid een probleem?
Ongelijkheid prikkelt enerzijds om een stapje extra te zetten om hoger te reiken op de maatschappelijke ladder, maar teveel ongelijkheid kan ook ontwrichtend werken en kan de economische groei en sociale cohesie verminderen.
Hoe groot is de kloof tussen arm en rijk?
De kloof tussen arm en rijk is mede daardoor vooral zichtbaar in het vermogen van Nederlanders. De rijkste 10 procent bezit samen duizend miljard euro (1 biljoen), anderhalf keer zoveel als de rest van Nederland aan bezittingen heeft.
Hoe ontstaat er vandaag een verschil tussen arm en rijk?
Hun resultaten bevestigen een bekende theorie: de overstap van jagen en verzamelen naar landbouw vergrootte de ongelijkheid. Bij nomadische jagers-verzamelaars was rijkdom waarschijnlijk niet-materieel van aard: veel kinderen, veel bondgenoten, een groot ruilnetwerk.
Wat zijn de oorzaken van inkomensverschillen?
kunnen bijvoorbeeld zijn: verschil in talent, ervaring, opleiding, verantwoordelijkheid, zwaarte van het werk, schaarste m.b.t. de deskundigheid, traditie, etc.
Hoe groot is de ongelijkheid in Nederland?
De koopkracht van de Nederlandse bevolking is volgens de onderzoekers ‘vrijwel onafgebroken’ gestegen, met uitzondering van de economische crisis van 1979-1985 en de kredietcrisis van 2009-2013. Volgens de onderzoekers loopt de mediaan van koopkracht – de helft zit hoger, de andere helft lager – sinds 2014 weer op.
Waarom sociale ongelijkheid?
Sociale ongelijkheid is de ongelijke verdeling over personen en groepen van zaken die belangrijk worden geacht in een samenleving en de ongelijke waardering en behandeling van hen op basis van maatschappelijke positie en leefstijl. Ook rechten en plichten zijn niet gelijkelijk verdeeld.
Ongelijkheid is volgens hen slecht voor de gezondheid, zorgt voor meer geweld, meer criminaliteit, meer tienerzwangerschappen, meer obesitas, meer depressies, meer wantrouwen, meer kindersterfte, meer stress en minder sociale mobiliteit. Ongelijkheid is niet alleen slecht voor arm, maar ook voor rijk.