Inhoudsopgave
Hoe bereken je het winstpercentage?
Het voordeel van rekenen met een winstmarge in de verkoopprijs (en dus niet over de inkoopprijs) is dat dit veel veiliger is in het dagelijks gebruik. Een korting wordt namelijk ook altijd gegeven over de verkoopprijs. 10% korting bij een winstmarge van 30% geeft dan, eenvoudig te berekenen: 30% – 10% = 20% winst.
Hoe maak je winst op een product?
Winstmarge. Hoe deze verkoopprijs tot stand komt (kostprijs of inkoopprijs + winstmarge + btw) behandelen we hieronder. De winst per product haal je uit de marge tussen de inkoop- en verkoopprijs (excl. btw) en die marge wil je zo hoog mogelijk hebben.
Winstmarge in de verkoopprijs berekenen: Winstmarge in de verkoopprijs = (verkoopprijs – inkoopprijs) / verkoopprijs.
Hoe bereken je de kostprijs?
Voor de kostprijs heb je de vaste kosten per product nodig. Dit bereken je door de totale vaste kosten te delen door de hoeveelheid producten.
Wat valt er onder de kostprijs?
De kostprijs bestaat uit de totale kosten die je per product maakt voor het produceren of leveren van een product of dienst. Dat zijn directe kosten, zoals materialen of ingrediënten, maar ook indirecte kosten zoals loonkosten of gebruik van machines.
Wat is 100% marge?
Marge berekenen 100,00 / (1 – 25%) = 100,00 / 0,75 = €133,33. Anders gezegd: de €33,33 euro is 25% van de verkoopprijs van €133.33. Een marge ligt (wanneer je een product voor meer geld verkoopt dan inkoopt) altijd tussen de 0 en 100%.
Hoeveel winst mag je maken?
Als de inkoopprijs € 100 bedraagt en je hanteert een winstmarge van 30% van de verkoopprijs, moet de verkoopprijs € 142,90 zijn. (100 x 10/7). Als je nu 30% korting geeft, speel je quitte. Dit rekent niet alleen makkelijker, maar jouw marge is ook groter en leidt tot een hogere omzet.
Welke marges zijn er?
Er zijn drie winstmarges te weten: netto-, operationele en de brutowinstmarge. Het verschil tussen de brutowinstmarge en de operationele winstmarge is dat de brutowinstmarge aangeeft hoeveel van de omzet beschikbaar is voor de dekking van de indirecte kosten.